Vorige week heeft directeur Koning van De Nederlandsche Bank NV een speech gehouden met de titel:‘Het Nederlands retailbetalingsverkeer: wet van de remmende voorsprong?’. Een lezenswaardig betoog met saillante passages.
Een indicator voor de mate van elektronisering is het aandeel van schriftelijke opdrachten in het totale aantal girale betalingen. Deze ‘papierquote’ daalt dit jaar naar 10%, terwijl die tien jaar geleden nog 50% bedroeg.
Ofwel: er zijn behoorlijke efficiency-winsten geboekt de afgelopen jaren...
Men hoort wel beweren dat de concurrentie wordt belemmerd omdat het omslachtig is van bank te veranderen doordat klanten hun rekeningnummer niet kunnen meenemen. Dit vereist juist meer infrastructurele samenwerking en standaardisatie in rekening- en controlesystematiek. Voordat hiertoe druk op de markt wordt gezet, lijkt me een zorgvuldige kosten-batenanalyse geboden.
Ofwel: nummerportabiliteit wordt vermoedelijk veel te duur...
Consumenten daarentegen hebben nog vaak het idee dat betalingsverkeer hen niets kost. Zij zijn niet gewend om voor elke transactie te betalen. Banken berekenen weliswaar vaste bedragen voor bankpas, creditcard of telebankieren, maar die zijn onafhankelijk van het gebruik. Ook zijn er indirecte kosten in de vorm van gederfde rente-inkomsten die een gevolg zijn van een lage of geen rentevergoeding op de betaalrekening. Omdat die kosten onzichtbaar zijn, is het betalingsverkeer slechts optisch gratis. De Nederlandsche Bank is voorstander van een meer transparante tariefstructuur, door transacties te tariferen in combinatie met bijvoorbeeld hogere rentevergoeding. In de mate waarin die tarieven corresponderen met de kostprijs van de betaaldienst, kan bovendien meer sturing plaatsvinden naar een nog efficiënter gebruik.
Ofwel: banken moeten nog meer tarieven invoeren voor efficienter betalingsverkeer.
Bij deze laatste passage een extra opmerking. Kijkend naar de veelheid van tarieven in betalingsverkeer valt me op dat één produkt nog steeds echt gratis is voor de consument en dat is contant geld. Wijziging van bestaande tariefstructuren in giraal betalingsverkeer heeft daarom veel minder effect op de maatschappelijke efficiency dan het invoeren van kostprijsgebaseerde tarieven voor chartaal betalingsverkeer. Over tarieven voor contant geld wordt in de speech echter niet gesproken. Wel wordt de verwachting uitgesproken dat er nog lang geen cashless society komt....
Tja, zolang contant geld gratis blijft komt die cashless society er inderdaad nog lang niet. Tegen een gesponsord product is het lastig concurreren.